RELATIES

Algemeen

Identificatie: relatienummer

Het beantwoorden van de vraag “Relatienummer”

via relatienummer

via naam of deel van een naam

via een conversietabel

Actualiseren conversietabellen

Selectiegegeven: relatiesoorten

Vastliggende relatiesoorten

Overige relatiegegevens

Conversietabellen

 

ONDERHOUD RELATIES

MUTEREN VIA HET SCHERM

Algemeen

Toevoegen, wijzigen, blokkeren, inzage

Blokkeren en vrijgeven

MUTEREN VIA TEKSTBESTAND

Algemeen

Opbouw mutatieregel

scheidingsteken

relatienummer

rubrieknummer

rubriekinhoud

Nieuwe relaties

Controle

Bestand met geweigerde mutaties

Alleen controle of ook echt verwerken?

Verwerking, correctie fouten: twee methodes

Te lange inhoud

MUTEREN VIA CSV-FILE

Algemeen

Gebruiksmogelijkheden

Zelf nog op te geven

Relatie-identificatie eventueel via de conversietabellen

Onthouden van instellingen

 

LIJSTEN RELATIES

Algemeen

SELECTEREN RELATIES

Inleiding

Selectiebestanden

Selectiemogelijkheden

selecteren van al dan niet geblokkeerde relaties

selecteren op grond van de relatiesoorten van een relatie

rechtstreeks selecteren via het relatienummer

selecteren op grond van de inhoud van bepaalde rubrieken

De invoer

De uitvoer

SORTEREN SELECTIEBESTAND RELATIES

Inleiding

Invoer en uitvoer

Relaties met gelijke sorteersleutels

Opbouwen sorteersleutel

vanaf welke positie moet worden gesorteerd

over hoeveel posities moet worden gesorteerd

moet de rubriek oplopend of aflopend worden gesorteerd

 

ZOEKEN RELATIES

Algemeen

De zoektabel op de harde schijf

“Stand-by” gebruik

Aanroep

De snelle zoekmethode

Overige mogelijkheden

tabel bevat al dan niet geblokkeerde relaties

kan slechts één relaties worden geselecteerd of meerdere

tabel bevat alle relaties of alleen relaties met bepaalde relatiesoorten

na opstarten eventueel direct sorteren op één van de kolommen

bij zoeken eventueel verschil maken tussen hoofd- en kleine letters

zoek de sorteersleutel eventueel alleen vanaf de eerste positie

moet in alle kolommen worden gezocht op in één specifieke kolom

Actualiteit van de zoektabel



RELATIES


Algemeen


Met “relaties” worden in ORIfin alle personen, bedrijven, scholen, instanties e.d. bedoeld die om welke reden dan ook een relatie hebben met u. Dan kan een financiële relatie zijn, maar dat is niet persé noodzakelijk. De relatie-administratie (met lijstgenerator) is namelijk een opzichzelfstaand onderdeel, waar de financiële administratie van ORIfin gebruik van maakt.


Identificatie: relatienummer


De identificatie van een relatie bestaat uit een relatienummer dat volgordelijk door het systeem wordt toegekend. Vrijgegeven relatienummers kunnen opnieuw worden gebruikt voor nieuwe relaties.


Het beantwoorden van de vraag “Relatienummer”


In veel onderdelen van ORIfin wordt de vraag gesteld “Relatienummer” omdat daar iets met een relatie moet gebeuren. U kunt die vraag als volgt beantwoorden:

 

     -   via relatienummer

Het zal geen verrassing zijn als u ziet dat de vraag simpelweg beantwoord kan worden door het nummer van een relatie in te tikken.

 

     -   via naam of deel van een naam

Als u de vraag beantwoordt met iets dat met een letter begint, neemt ORIfin aan dat u gebruik wilt maken van het algemene zoekprogramma relaties. De beschrijving van dat programma volgt verderop, daarom volstaan we hier met aan te geven het zoekprogramma direct wordt geactiveerd zodra u het antwoord-vak verlaat.

 

     -   via een conversietabel

Deze manier om een relatienummer op te geven kiest u als u het ORIfin-relatienummer niet weet, maar wel het nummer van die relatie in een programma dat u met ORIfin heeft gekoppeld. Een dergelijk nummer roept u op door het volgende in te tikken en het antwoord-vak te verlaten:

 

*xnnnn

 

                   *           de ster is een constante om aan te geven dat er een “vreemd” relatienummer volgt

 

                   x          de letter van de betreffende conversietabel

 

                   nnnn   het “vreemde” relatienummer waarbij het volgende mogelijk is:

 

                               B   externe instanties @VO

                               D   persoonsnummer @VO

                               E   debiteuren Magister

                               F    leerlingen Magister

                               L    oud leerlingnummer ORIAS of Schoolfact

                               M   crediteuren Exact

                               N   debiteuren Exact

 

Actualiseren conversietabellen

 

Het KAN zijn dat de conversietabel niet meer actueel is doordat er belangrijke wijzigingen zijn aangebracht nadat de betreffende tabel voor het laatst is opgebouwd. Via programma “Systeemfuncties relaties”, optie “Opbouwen tabellen extern nummer naar relatienummer ORIfin” kunnen alle tabellen opnieuw worden aangemaakt.




Selectiegegeven: relatiesoorten


De relaties worden onderverdeeld via relatiesoorten die worden aangegeven met een willekeurig teken. Daarbij wordt verschil gemaakt tussen grote en kleine letters. Elke relatie moet minimaal één relatiesoort hebben en kan tegelijk maximaal 8 verschillende relatiesoorten hebben.


Relatiesoorten zouden bijvoorbeeld kunnen zijn: D = Debiteuren, C = Crediteuren, L = Leerlingen, S = Scholen, enz. Combineren van relatiesoorten is mogelijk. Als in die rubriek in dit gegeven voorbeeld de aanduiding “DC” staat, wil dat zeggen dat de relatie zowel debiteur als crediteur is.

 

N.B.! De financiële administratie kijkt nooit naar de relatiesoort. De rubriek “Relatiesoorten” moet dus worden gezien als een administratieve aanduiding en NIET als een financieel gegeven.


Vastliggende relatiesoorten


Binnen ORIfin liggen de volgende relatiesoorten vast:

 

     $   betalingsplichtigen / debiteuren (uit programma’s zoals @VO en Magister)

binnen de bijdragenadministratie: “relatie” als tegenhanger van “relatie betreft”

 

     !    leerlingen

binnen de bijdragenadministratie: “relatie betreft” als tegenhanger van “relatie”

 

Als er facturen worden geprint via ORIfin, kan op één factuur zowel de naam voorkomen van een relatie met relatiesoort $ (bovenaan de nota: waar moet de factuur naar toe) als een relatie met relatiesoort ! (verderop in de nota: wie betreft het).


Alle andere letters, cijfers en tekens kunt u zelf een betekenis toekennen.


Overige relatiegegevens


De opbouw van alle relatiegegevens is opgenomen in een tabel “Specificatie database relaties”. De opbouw van een deel van de rubrieken wordt geheel bepaald door de producent van ORIfin, een ander deel ligt gedeeltelijk vast en het overgrote deel is door de gebruiker zelf te bepalen.


Wilt u aanpassingen doen, dan kunt u dat doen via programma “Onderhoud specificatie database relaties”.


Conversietabellen


ORIfin kan communiceren met andere pakketten en kan ook gegevens inlezen uit die andere pakketten. Die daarvoor de beschrijving van de diverse programma’s die daarvoor geschikt zijn.


Een bijkomende aspect is dat ORIfin relatienummers uit andere pakketten om moet kunnen zetten naar ORIfin-relatienummers. Dat gebeurt via zogenaamde conversietabellen.


ONDERHOUD RELATIES


Binnen het onderdeel “Relaties” zijn er diverse methodes om relatie-gegevens aan te passen. De eerste methode is de methode via het scherm, de tweede via “Muteren via tekstbestand” en de derde via een CSV-file.


MUTEREN VIA HET SCHERM


Algemeen


Met dit programma kunt u via het beeldscherm relatie voor relatie opvoeren of wijzigen. Bij het wijzigen van relaties kunt u eventueel uitgaan van een selectiebestand.


Dit programma maakt gebruik van mutatieschermen die bij de klant zelf zijn vervaardigd. Dit zal in de regel gebeuren door de ORIfin-beheerder. Een korte beschrijving van dit programma vindt u verderop.


Bij mutatieschermen kan er ook sprake zijn van een serie schermen die achter elkaar (volgordelijk) op uw beeldscherm zullen verschijnen. Wij noemen dat een “schermserie”. In het bovengenoemde programma waarmee u schermen kunt definiëren kunt u ook schermseries vastleggen.


Toevoegen, wijzigen, blokkeren, inzage


De eerste 3 acties zijn alleen toegestaan voor gebruikers die dit programma op zijn minst met gebruikersrechten hebben opgestart. Inzage is voor iedereen mogelijk die dit programma mag opstarten.


Blokkeren en vrijgeven


Heeft u een relatie niet meer nodig, dan kunt u de relatie blokkeren. Daarna kunt u dat relatienummer ook nog vrijgeven via “Systeemfuncties relaties”. Dat vrijgeven van relatienummers gaat altijd uit van een selectiebestand.


Het vrijgeven van een relatienummer wordt door het systeem geweigerd als er nog bindingen zijn met de financiële administratie, waarbij het niet uitmaakt of het al dan niet betaalde facturen betreft.


Een vrijgegeven relatienummer wordt later weer opnieuw gebruikt zodra er relaties aan het bestand worden toegevoegd.


MUTEREN VIA TEKSTBESTAND


Algemeen


Bij groepsgewijze mutaties kunt u bovenstaand schermprogramma gebruiken, maar ook het programma “Muteren via tekstbestand”. Een bijkomend voordeel van dit programma is dat u de ingevoerde batch met mutaties kunt bewaren om naderhand, eventueel aangepast, nogmaals te gebruiken.


Er mogen meerdere (series) mutaties van een relatie in één mutatiebatch zitten. Deze mutaties (of series mutaties) van één relatie worden gewoon achtereenvolgens verwerkt. De laatste serie mutaties van één relatie zijn dus in feite de belangrijkste.


Opbouw mutatieregel


 De mutaties hebben daarbij de volgende indeling:

 

~x~y~z~

 

     ~   scheidingsteken

Er is hier gekozen voor het weinig gebruikte teken “~”, maar het mag (en kan) in principe elk teken zijn. Het eerste teken van de mutatieregel bepaalt het scheidingsteken voor die regel.

 

     x   relatienummer

Bij bestaande relaties geeft u hier het relatienummer van de betreffende relatie op. Bij nieuwe relaties kunt u hier een willekeurig nummer opgeven met ergens voor, in of achter het nummer een min-teken. Het hoogste nummer dat u op kunt geven is 10000. Het opgegeven nummer wordt alleen gebruikt om onderscheid te maken tussen opeenvolgende nieuwe relaties en heeft geen invloed op het automatisch toekennen van het relatienummer voor de nieuwe relatie.

 

     y   rubrieknummer

Elke rubriek (veld) binnen de relatie-administratie heeft een rubrieknummer als identificatie. Hier geeft u dus het nummer van de rubriek op die u wilt gaan wijzigen.

 

Speciale rubrieknummers:

999 - Relatie moet worden geblokkeerd (rubriekinhoud mag leeg blijven)

998 - Van geblokkeerde relatie moet blokkade worden opgeheven (rubriekinhoud mag leeg blijven).

 

     z   rubriekinhoud

Geef hier de nieuwe inhoud op van de te muteren rubriek.

 

Voorbeeld:

 

~2212~204~Castricum~

 

Deze mutatie zal tot gevolg hebben dat rubriek 204 (plaats bezoekadres) van de relatie met nummer 2212 gewijzigd wordt in “Castricum”.


Nieuwe relaties


Met behulp van dit programma kunt u ook nieuwe relaties opvoeren. Als u de mutaties voorbereid weet u nog niet wat het relatienummer zal zijn van de nieuwe relaties. U kunt bij nieuwe relaties een willekeurig negatief getal opgeven (maximaal 10000). Bij alle velden voor diezelfde nieuwe relatie moet u dan wel hetzelfde negatieve getal opgeven.


Controle


De controle op juistheid van gegevens vindt als volgt plaats. De nieuwe situatie voor deze relatie wordt opgebouwd in het geheugen. Daar vinden dan alle inhoudelijke controles en relatie-controles plaats. Wordt daarbij een onvolkomenheid geconstateerd, dan zullen de mutaties voor die relatie die in dit bestand voorkomen worden geblokkeerd. Dit geldt ook voor alle losse mutaties die er eventueel verderop in het bestand nog klaar staan voor deze zelfde relatie.


Voorbeeld, waarbij we even uitgaan van de volgende mutaties:

 

            ~00001~204~Castricum~         - mutatie wordt verwerkt

            ~00219~204~Berda~                - mutatie wordt NIET verwerkt: fout in de volgende regel van dezelfde relatie

            ~00219~904~Breda~                - [rubrieknummer onbekend!]

            ~00382~204~Rotterdam~        - mutatie wordt verwerkt

            ~00414~204~Amsterdam~       - mutatie wordt verwerkt

            ~00219~204~Tilburg~              - mutatie wordt NIET verwerkt: fout in een voorgaande regel ergens in het bestand met hetzelfde relatienummer

 

N.B. De voorloopnummer zijn niet verplicht voor het relatie- en rubrieknummer, maar ze maken het tekstbestand wel overzichtelijker.


Bestand met geweigerde mutaties


Tijdens de verwerking wordt een bestand aangemaakt met alleen de geweigerde mutaties. In bovenstaand voorbeeld zouden dat dus alle regels zijn die betrekking hebben op relatienummer 219.


Alleen controle of ook echt verwerken?


U kunt er voor kiezen om eerst alleen een controle te laten uitvoeren op de aangeboden mutaties alsof de mutaties zouden worden uitgevoerd. Het enige dat het programma niet kan doen in deze situatie is het toekennen van nieuwe relatienummers.


Verwerking, correctie fouten: twee methodes


Nu u kennis heeft genomen van de bovenstaande mogelijkheden van het programma is het niet moeilijk meer om in te zien dat er twee mogelijkheden van verwerking zijn:


1) U draait eerst een controle-run en corrigeert de aangegeven fouten tot er geen fouten meer aangegeven worden. Dan gaat u de mutaties echt uitvoeren.


2) U voert de mutaties direct uit. Eventuele fouten corrigeert u niet in het invoerbestand met alle mutaties, maar in het uitvoerbestand met alleen de fouten die dus niet zijn verwerkt. Het gecorrigeerde foutenbestand levert u daarna aan als nieuw mutatiebestand.


Te lange inhoud


Bij tekstrubrieken kan het zijn dat u meer posities opgeeft dan er in de rubriek passen. U kunt aangeven wat er in die gevallen moet gebeuren, maar voordat we hierop ingaan moet u eerst weten hoe lang een tekstrubriek mag zijn. Dit hangt af van de specificatie van die rubriek in de database. We hebben daarbij te maken met de volgende aspecten:

 

     a -      een tekstrubriek kan technisch gesproken niet langer zijn dan 255 posities;

 

     b -      de producent van ORIfin kan een beperking hebben opgelegd bij bepaalde rubrieken voor wat betreft de maximale lengte )’;

 

     c -      in de specificatie van de database kunt u zelf een lengte opgeven bij een dergelijke rubriek )’.

 

)’ = De maximale lengte wat betreft de opslag in de database is altijd 255 posities. De beperkingen bij b en c gelden alleen voor de wijze waarop de rubriek wordt getoond, bijvoorbeeld in een lijst.


We kunnen dus te maken hebben met 3 getallen: de technisch maximale lengte, de ORIfin-maximale lengte en de door u bepaalde lengte. Voor te lange rubrieken kunt u in dit programma aangeven tot welke lengte er verkort moet worden: tot de technisch maximale lengte (“Opslaan”), tot de ORIfin-maximale lengte (“Afkappen tot maximale lengte”) of tot de door u bepaalde lengte (“Afkappen tot gebruikerslengte”).



MUTEREN VIA CSV-FILE


Algemeen


Bij dit programma kunt u zelf aangeven welke rubrieken er via een CSV-file worden ingelezen als mutaties voor het relatiebestand. Elke regel bevat de mutaties voor één relatie. Dit programma is niet in staat om nieuwe relaties aan te maken. Alle mutaties moeten dus betrekking hebben op reeds bestaande relaties.


Het programma muteert zelf niet, maar maakt een tekstbestand aan dat geschikt is om te verwerken via het hiervoor beschreven programma “Muteren via tekstbestand”. Het betreffende programma heet daarom “Omzetten CSV-file naar tekstfile met relatiemutaties”.


Gebruiksmogelijkheden


Omdat de indeling van de invoer zeer flexibel is, kan dit programma eenvoudig worden gebruikt om gegevens over te nemen uit andere programma’s die de mogelijkheid bieden om een CSV-bestand aan te maken.


ORIfin zelf maakt daar gebruik van door op deze manier de relatiemutaties te verwerken die komen uit Magister. Verder kan de gebruiker zelf dit programma gebruiken om mutaties in te lezen uit @VO die via Business Objects zijn aangemaakt.


Zelf nog op te geven


Er zijn ook nadelen verbonden aan de flexibiliteit van dit programma: aangezien niets vast ligt, moet uzelf nog de volgende zaken opgeven:

 

     -   in welke kolom staat de relatie-identificatie;

 

     -   als de invoer geen relatiesoort bevat, welke relatiesoort moet ORIfin dan zelf genereren;

 

     -   is de eerste regel een “normale” mutatieregel of een soort kopregel;

 

     -   in welke relatie-rubrieken moeten de diverse kolommen worden geplaatst.


Relatie-identificatie eventueel via de conversietabellen


Als het bestand uit een ander pakket afkomstig is, is de kans groot dat er geen ORIfin-relatienummer in de gegevens aanwezig is. Voor dit doel zijn de conversietabellen in het leven geroepen, zie ook voorin deze beschrijving. In dit programma moet u aangeven of er gewerkt moet worden via zo’n conversietabel en zo ja, in welke kolom dat “vreemde” relatienummer staat.


Onthouden van instellingen


Als u bestanden inleest met veel kolommen, moet er heel wat aan antwoorden worden opgegeven in dit programma. We willen u in dit verband herinneren aan een algemene mogelijkheid binnen ORIfin. Via de rechter muistoets kunt u kiezen voor “programma-instellingen”. Zodra u alle keuzes heeft gemaakt maar voordat u op “Start verwerking” drukt, kunt u via “programma-instellingen” uw keuzes opslaan. Start u een volgende keer dit programma weer op, dan kunt u die antwoorden eenvoudig oproepen.


LIJSTEN RELATIES


Algemeen


Lijsten van relaties maakt u met behulp van de lijstdefinities die zijn aangemaakt met de lijstgenerator. In het kort zijn daarvoor de volgende stappen nodig:

 

     -   maken lijstdefinitie

Als u eenmaal een lijstdefinitie hebt gemaakt, kunt u die altijd weer opnieuw gebruiken om een lijst met diezelfde indeling nog eens te maken. Ook kunt u die lijstdefinitie gebruiken als basis om andere definities te maken die enigszins lijken om deze eerste lijst.

 

N.B. Het maken van een lijstdefinitie staat in een aparte beschrijving.

 

     -   vervaardigen lijst

 

dit doet u in de volgende stappen:

 

          -   selecteer de relaties die u op de lijst wilt zien

 

          -   sorteer de gemaakt selectie in de juiste volgorde

 

          -   print de lijst uit


Deze laatste drie stappen om een lijst te printen worden hierna beschreven.


SELECTEREN RELATIES


Inleiding


Het selecteren van de relaties die u op de lijst wilt zien is de eerste stap. Selecteren kunt u op elke informatie die van de relaties in de database is opgeslagen.


Het is ook mogelijk om een gemaakte selectie verder te verfijnen door met gebruikmaking van die selectie nog eens te gaan selecteren.


Selectiebestanden


Een gemaakte selectie wordt opgeslagen in een zogenaamd “selectiebestand”. In dat bestand staan geen relatiegegevens. Het enige dat in zo’n bestand staat zijn de betreffende relatienummers.


Een selectiebestand heeft een nummer en wordt pas overschreven als u dat bewust wilt doen. Een gemaakte selectie is dus telkens weer te gebruiken, maar denk er wel aan dat de inhoud van zo’n bestand niet automatisch wordt aangepast als er iets met één van de relaties uit zo’n selectie gebeurt. We noemen het daarom wel “statische selectiebestanden”.


Selectiemogelijkheden


U heeft de volgende selectiemogelijkheden:

 

     -   selecteren van al dan niet geblokkeerde relaties

In de regel zult u hier aangeven dat u geblokkeerde relaties niet mee wilt nemen. U heeft immers relaties geblokkeerd omdat ze niet meer van direct belang zijn.

 

     -   selecteren op grond van de relatiesoorten van een relatie

Als u een lijst maakt, zal dat vaak zijn van een bepaalde soort relaties: ouders, leerlingen, crediteuren, enz.

 

     -   rechtstreeks selecteren via het relatienummer

Deze selectiemethode wordt vaak gebruikt om aan een bestaande relatie één of meer relaties toe te voegen die niet met de originele selectie meegekomen zijn. Maar de selectiemethode wordt ook gebruikt om handelingen te verrichten voor slechts één (of enkele) relaties.

 

N.B. Start u vanuit deze vraag de zoekroutine op, dan heeft u de mogelijkheid om in die zoekroutine meerdere relatienummers te selecteren die dan door worden gegeven naar dit selectieprogramma.

 

     -   selecteren op grond van de inhoud van bepaalde rubrieken

Dit is de meest uitgebreide mogelijkheid. Via de inhoud van elke rubriek binnen de relaties kunt u relaties al dan niet meenemen, waarbij de inhoud van de rubriek ook vergeleken kan worden met de inhoud van een andere rubriek. Bijvoorbeeld: selecteer alle relaties waarvan de plaats van het postadres niet overeen komt met de plaats van het woonadres.

 

vergelijken in hoofdletters

 

Door de vergelijken in hoofdletters maakt het niet meer uit of er in de rubriek wordt gewerkt met kleine letters of met hoofdletters.

 

vergelijken vanaf een andere positie dan de eerste positie

 

Wilt u vanaf een andere positie vergelijken dan vanaf positie één, geef hier dan aan vanaf welke positie u wilt vergelijken. Dit kan bijvoorbeeld het geval zijn als u in een datum wilt selecteren op de maand.

 

hoe moet vergelijking plaatsvinden

 

Bij het vergelijken van de inhoud van een rubriek (hieronder genoemd: rubriek-1) met de inhoud van een andere rubriek OF met een constante (hierna genoemd: rubriek-2/constante), kan de vergelijking als volgt plaatsvinden:

 

                               =    - rubriek-1 moet gelijk zijn aan rubriek-2/constante

                               <    - rubriek-1 moet kleiner zijn dan rubriek-2/constante

                               <=  - rubriek-1 moet kleiner of gelijk zijn dan rubriek-2/constante

                               >    - rubriek-1 moet groter zijn dan rubriek-2/constante

                               >=  - rubriek-1 moet groter of gelijk zijn dan rubriek-2/constante

                               #    - rubriek-1 moet ongelijk zijn aan rubriek-2/constante

                               d    - rubriek-2 (vrijwel altijd een constante) moet in zijn geheel te vinden zijn in rubriek-1

 

voorbeeld: rubriek-2 (constante): “dam”; rubriek-1: “Amsterdam”, “Rotterdam”, enz.

 

                               s    - rubriek-2 (vrijwel altijd een constante) moet als aparte key te vinden zijn in rubriek-1 die bestaat uit een serie keys met scheidingstekens

 

voorbeeld: rubriek-2 (constante): “3A”; rubriek-1: “1B,2C,3A,3B,H4A”, “1A,1A,2D,3A”, enz.


De invoer


Als u gaat selecteren kunt u gaan zoeken in het hele relatiebestand, maar u kunt ook gaan zoeken via een reeds bestaand selectiebestand. U heeft bijvoorbeeld al een selectie gemaakt van alle @VO-leerlingen en wilt nu van die leerlingen weten wie er in Amsterdam wonen. (Deze selectie had u uiteraard ook in één keer kunnen maken.)


De uitvoer


De uitvoer is altijd een selectiebestand. De volgorde van geselecteerde relaties is dezelfde als de volgorde van het bestand waarvan is uitgegaan bij de selectie.


De “vers” gemaakte selectie kunt u eventueel ook toevoegen aan een reeds bestaande selectie.



SORTEREN SELECTIEBESTAND RELATIES


Inleiding


Als u een lijst wilt maken van bepaalde relaties zult u meestal ook graag willen dat die relaties in een bepaalde volgorde op die lijst verschijnen. Het is echter niet verplicht om een selectiebestand eerst te sorteren voordat u er iets mee kunt doen.


Het sorteren kan automatisch worden opgestart na het aanmaken van een selectie, maar kan ook vanuit het menu worden gestart.


Invoer en uitvoer


Allereerst moet u aangeven welk selectiebestand u wilt gaan sorteren. In principe gaat het programma er van uit dat u de selectie op wilt slaan onder hetzelfde nummer, maar u mag ook een ander nummer opgeven zodat het ongesorteerde selectiebestand intact blijft.


Relaties met gelijke sorteersleutels


U kunt aangeven dat u slechts één relatie wilt meenemen van relaties die dezelfde sorteersleutel hebben.

 

N.B.“Relaties met gelijke sorteersleutel” staat niet voor hetzelfde als “Dezelfde relaties”. Wilt u van een samengesteld selectiebestand alleen dezelfde relaties weghalen, neem dan als laatste deel van de sorteersleutel het relatienummer mee.


Opbouwen sorteersleutel


U kunt opgeven in welke volgorde de relaties (of eigenlijk: het selectiebestand) moeten worden gesorteerd door één voor één de rubrieken op te geven. Aan de rechterkant van het scherm staat de tabel van rubrieken waarop wordt gesorteerd, waarbij de bovenste de belangrijkste is.


Van elke rubriek kan worden opgegeven:

 

     -   vanaf welke positie moet worden gesorteerd

Standaard wordt vanaf de eerste positie gesorteerd.

 

     -   over hoeveel posities moet worden gesorteerd

Standaard wordt de rubriek over de gehele lengte gesorteerd.

 

     -   moet de rubriek oplopend of aflopend worden gesorteerd

Standaard wordt oplopend gesorteerd.


Tijdens de sortering legt het programma de diverse sorteerrubrieken van een relatie achter elkaar. Dit wordt de “sorteersleutel” genoemd. De sorteersleutel kan maximaal 250 posities zijn. Heeft u zoveel rubrieken geselecteerd dat er een langere sleutel is ontstaan dan 250 posities, dan zal de sortering niet plaatsvinden.

 

Wilt u over meer dan 250 sorteren, dan is dat mogelijk door meerdere sorteerruns achter te draaien. U begint daarbij met de minst belangrijke rubrieken en werkt steeds meer naar voren tot op alle rubrieken is gesorteerd. U kunt dit doen omdat ORIfin sorteert volgens de zogenaamde FIFO-(= first in, first out) methode. Dat wil zeggen dat bij uitvoer van relaties met gelijke sorteersleutels deze relaties in dezelfde volgorde zullen blijven als bij de invoer.

 

Voorbeeld: U wilt uw geselecteerde relaties sorteren op “Plaats postadres” (rubriek 207, lengte 40), daarbinnen op “Plaats bezoekadres” (rubriek 204, lengte 30), daarbinnen op “Straat bezoekadres” (rubriek 242, lengte 60), daarbinnen op “Volledige naam” (rubriek 200, lengte 90), daarbinnen op “Voornamen” (rubriek 213, lengte 40). Aannemende dat u echt die rubrieken over de volledige lengte wilt sorteren, is de totale lengte van de sorteersleutel 260. Wat u nu kunt gaan doen is: u sorteert eerst op de rubrieken “Volledige naam” en “Voornamen” (lengte sorteersleutel 130), daarna sorteert u de uitvoer van die eerste sortering op “Plaats postadres”, “Plaats bezoekadres” en “Straat bezoekadres” (lengte sorteersleutel 130).



ZOEKEN RELATIES


Algemeen


ORIfin beschikt over zoekroutines voor alle bestanden, zoals bijvoorbeeld grootboeknummers, dagboeken, kostenplaatsen. De meest uitgebreide is de zoekroutine-relaties. Deze zoekroutine is ook enigszins afwijkend ten opzichte van de andere zoekroutines, omdat deze in het geheugen kan blijven staan.


De zoektabel op de harde schijf


De zoektabel op de harde schijf bevat altijd de gegevens van alle relaties, onafhankelijk van de keuze die u maakt in deze zoekroutine.


“Stand-by” gebruik


Zodra u de gezochte relatie gevonden heeft, kunt u het programma stand-by in et geheugen laten staan voor de volgende keer dat u de zoekroutine nodig heeft. Dit spaart tijd, omdat in veel gevallen de tabel met zoekgegevens vrij groot kan worden.

 

   Het kost geheugenruimte om de zoekroutine stand-by te laten staan. Net als bij alle andere programma’s zal Windows, zodra het programma niet meer acties is, er voor zorgen dat het programma zal worden “geswapped” naar de harde schijf. Hierdoor wordt toch zeer weinig geheugen gebruikt op de momenten dat de zoekroutine stand-by staat.


Aanroep


Het programma kan los vanuit het menu worden opgestart. Meestal echter zal de zoekroutine worden gebruikt vanuit het antwoord op de vraag “Relatienummer”. Voorin deze beschrijving kunt u zien hoe de zoekroutine op die manier wordt opgestart.


De snelle zoekmethode


Als het programma vanuit een relatienummer-antwoord wordt opgestart waar u al een deel van een naam heeft opgegeven, zal dat gegeven direct al worden gebruikt om op te zoeken. Met de opgegeven zoeksleutel kunt u via de knoppen “Volgende” en “Vorige” de tabel doorlopen. Heeft u de juiste relatie gevonden, dan geeft u op de betreffende regel <Enter> of u dubbel-klikt met de muis.


Mocht het zoekgegeven echter niet zo eenvoudig gevonden kunnen worden, dan volgen hier de overige mogelijkheden van het zoekprogramma.


Overige mogelijkheden


Voor de onderstaande mogelijkheden geldt dat voor elke gebruiker standaardwaarden worden opgeslagen. Wijzigt u één van de opties, dan zal een button gaan knipperen die het mogelijk maakt om de gewijzigde mogelijkheden op te slaan.


De verschillende mogelijkheden zijn:

 

     -   tabel bevat al dan niet geblokkeerde relaties )’

Dit is een selectiemogelijkheid die gebruikt wordt bij het inlezen van de alfabetische tabel vanaf de harde schijf. Hoewel de zoektabel op de harde schijf alle relaties bevat (dus ook de geblokkeerde relaties), hoeft dat op het scherm niet het geval te zijn.

 

     -   kan slechts één relaties worden geselecteerd of meerdere

Meestal zal het opstartende programma slechts één relatienummer als selectie accepteren. In een enkel geval (zoals vanuit “Selecteren relaties”) kunnen echter meerdere relatienummers worden gekozen. Maar dan moet wel deze optie zijn aangekruist.

 


     -   tabel bevat alle relaties of alleen relaties met bepaalde relatiesoorten )’

Dit is een selectiemogelijkheid die gebruikt wordt bij het inlezen van de alfabetische tabel vanaf de harde schijf. Hoewel de zoektabel op de harde schijf alle relaties bevat (dus relaties met alle relatiesoorten), hoeft dat op het scherm niet het geval te zijn.

 

     -   na opstarten eventueel direct sorteren op één van de kolommen

Als u vrijwel altijd zoekt in één kolom van de tabel (bijvoorbeeld in de kolom “Volledige naam”) kan het handig zijn om direct na het opstarten van de zoekroutine een sortering plaats te laten vinden op die kolom. Vindt u dat niet nodig, laat dan die sortering achterwege omdat dit dan onnodig tijd kost.

 

     -   bij zoeken eventueel verschil maken tussen hoofd- en kleine letters

Bij het zoeken van namen e.d. zult u geen verschil willen maken tussen hoofd- of kleine letters. Wilt u dat echter in een specifiek geval WEL doen, kruis dan deze optie aan.

 

     -   zoek de sorteersleutel eventueel alleen vanaf de eerste positie

Mocht u altijd willen zoeken vanaf de eerste positie van de betreffende kolom(men), kruis dan deze optie aan.

 

N.B. Zoekt u op deze manier via de zoeksleutel “Vries” naar iemand met de achternaam “de Vries”, dan zal die naam NIET worden gevonden!

 

     -   moet in alle kolommen worden gezocht op in één specifieke kolom

Meestal zult u willen zoeken in één bepaalde kolom, bijvoorbeeld in de kolom waar de volledige naam staat. Kies hier dan voor de juiste kolom.

 

Zoekt u via de zoeksleutel “Leeuw” naar iemand met de achternaam “de Leeuw” en u heeft hier gekozen voor “Zoeken in alle kolommen”, dan zult u ook alle relaties vinden die in “Leeuwarden” wonen.

 

)’ - Aangezien bij het veranderen van deze opties de tabel ingelezen moet worden, zal de betreffende button gaan knipperen. Het opnieuw inlezen start dus NIET vanzelf!


Actualiteit van de zoektabel


Er wordt niet direct in het relatiebestand gezocht, maar in een zoektabel die speciaal voor deze zoekmethodiek is opgebouwd. Dit houdt vanzelf in dat het kan gebeuren dat de zoektabel niet helemaal up-to-date is. Komt u tot de ontdekking dat dit het geval is, dan kunt u via de knop “Zoektabel actualiseren” het programma opstarten dat die tabel opnieuw opbouwt. Die nieuwe tabel wordt daarna in het geheugen gelezen en op uw beeldscherm weergegeven, rekening houden met de opties die u heeft aangekruist.



Als de gegevens van een relatie worden gewijzigd, zal dit niet direct worden bijgewerkt in de conversietabellen. U kunt handmatig deze tabellen opnieuw opbouwen via de menukeuze “Systeemfuncties relaties”.