Minimale standaard-instellingen ORIfin
Maak een snelkoppeling op het bureaublad
Maak een entry in het Windows-startmenu
De rest: gelijk aan een update
ORIFIN-INSTELLINGEN IN DE WINDOWS-REGISTRY
Deel ORIfin-instellingen centraal opslaan
Welke instellingen kunnen centraal worden opgeslagen?
OPSTARTEN ORIfin EN DE STANDAARD-GEBRUIKER EN -ADMINISTRATIE
Instellen standaard-gebruiker en -administratie
Standaard-gebruiker en -administratie bij opstarten ORIfin
Rechtstreeks opstarten onderdelen ORIfin zonder gebruikmaking ORIfin-menu
OPSTARTEN ORIfin OP EEN PC ZONDER ORIfin-REGISTRY-INSTELLINGEN
ORIfin opstarten met behulp van een ORIfin-registryfile
Set-up administraties per werkplek
Instellingen financiële administratie
Investeringen / afschrijvingen
Instellingen relatie-administratie
Om ORIfin te installeren heeft u een ORIfin installatie/update-CD nodig. Zodra de CD wordt geplaatst, zal het installatie/update-programma op de CD worden geactiveerd. Start de CD niet automatisch op, ga dan naar de verkenner en start handmatig programma “OR_Inst1.Exe” op in de hoofdmap van de CD.
Allereerst wordt gekeken of ORIfin wellicht al is geïnstalleerd op deze PC. Er zijn nu drie mogelijkheden:
1- Er is ORIfin-informatie aanwezig in de Windows-registry EN er zijn ORIfin-mappen waar bestanden in staan.
Het installatie/update-programma zal nu een keuzemenu geven met de volgende keuzes die verderop in de handleiding worden beschreven:
- Uitvoeren update
- Bijwerken registratiegegevens
- Ongedaan maken installatie
2- Er is geen ORIfin-informatie aanwezig in de Windows-registry.
Het installatie/update-programma gaat er in dit geval van uit dat er een installatie uitgevoerd moet worden. De beschrijving kunt u verderop in deze handleiding vinden.
3- Er is wel ORIfin-informatie aanwezig in de Windows-registry maar de ORIfin-mappen zijn niet aanwezig of (deels) leeg.
Er volgt nu een vraag of de installatie van ORIfin wellicht ongedaan gemaakt moet worden. Wordt hier bevestigend op beantwoord, dan zal de installatie ongedaan worden gemaakt waarna alsnog de installatieprocedure wordt gestart. Wilt u de installatie NIET ongedaan maken, dan zal het programma worden beëindigd.
Omdat tijdens de start van de verwerking nog niet bekend is met welke gebruiker het programma heeft te maken, kan ook de voorkeuzetaal niet worden vastgesteld. Tot deze taal op welke wijze dan ook is vastgesteld, zal de voertaal Engels zijn.
Voorlopig zal voor onze Nederlandse klanten op de installatie/update-CD alleen de voertaal Nederlands beschikbaar zijn.
De installatie/update wordt door ons geleverd op CD, maar het is niet noodzakelijk om de installatie op elke werkplek op deze manier te installeren. Als de complete CD met instandhouding van de volledige mappenstructuur wordt gekopieerd, bijvoorbeeld op een fileserver, dan kan de installatie ook worden opgestart vanuit de gekopieerde hoofdmap van de CD. Maakt u hier een snelkoppeling voor, denk er dan wel aan om die mapnaam op te geven in “Beginnen in” (Engelse versie: “Target”).
Wilt u ORIfin op een netwerk installeren waarbij het programma oproepbaar moet zijn vanaf meerdere werkplekken, lees dan vooral ook het laatste onderdeel van deze beschrijving: “Opstarten ORIfin op een PC zonder registry instellingen”.
Om goed te kunnen communiceren tussen de gebruiker en het installatieprogramma is het nodig om zo snel mogelijk op de voorkeurtaal van de gebruiker over te gaan. Vandaar dat deze vraag als eerste wordt gesteld.
De tweede vraag die het installatieprogramma stelt heeft betrekking op de keuze op welke manier u ORIfin wilt installeren op deze PC.
- Alleen voor de huidige Windows-gebruiker.
De ORIfin-instellingen worden in de registry opgeslagen onder HKEY_CURRENT_USER
- Voor alle Windows-gebruikers die gebruik mogen maken van deze PC.
De ORIfin-instellingen worden in de registry opgeslagen onder HKEY_LOCAL_MACHINE
Minimale standaard-instellingen ORIfin
De installatie van ORIfin werkt met een bestand waar minimale standaard-instellingen in staan die direct worden opgeslagen in de Windows-registry. Op deze manier wordt voorkomen dat er tijdens de installatie al diepgaande vragen worden gesteld m.b.t. de inrichting en instellingen van ORIfin.
Het betreffende bestand heet “S_RegiT0_Basis.Ori” en staat in de hoofdmap van de installatie/update-CD.
➔ Als dit bestand handmatig wordt aangepast, kan het niet meer worden gebruikt !!!
Het installatieprogramma gaat er van uit dat u de programma’s en bestanden wilt plaatsen op drive C. Wilt u hiervan afwijken, bijvoorbeeld omdat uw bestanden elders op het netwerk staan, dan kunt u dat aangeven in het scherm dat dan volgt. Probeer echter niet af te wijken van de volgende voorkeuren:
- Er is een hoofdmap met de naam “Orifin”, waaronder de mappen staan met bestanden ongeacht met welke administratie u bezig bent. Dit zijn de mappen “Prog” voor de programmatuur, “Bas” voor de basisbestanden, “Upd” voor het uitvoeren van installatie/update en “List” voor het bewaren van lijstdefinities voor de lijstgenerator.
- Voor elke administratie heeft u te maken met een administratie-hoofdmap “Adminxxx” met op de plaats van “xxx” het nummer van de administratie. U heeft altijd minstens één administratie en dit moet dan volgnummer “001” zijn.)’ Onder deze administratie-hoofdmap Adminxxx zijn de mappen te vinden gegroepeerd per onderdeel. Zo zijn er de mappen “Fin” (financiële administratie), “Rel” (relaties), “Sys” (systeembestanden), “Misc” (overige bestanden), “Backup” (back-ups alle onderdelen) en “Out” (uitvoer bestanden, zoals lijstuitvoer).
)’- Een ORIfin-installatie zal naast de “normale” administraties ook altijd 10 extra administraties bevatten (201 tot en met 210) die door de leverancier worden gevuld. Deze administraties bevatten cursus- en demo-bestanden.
- Voor elke administratie is er ook nog een aparte archief-backup-map. Deze moet bij voorkeur op een andere drive geplaatst worden dan de bovenstaande mappen, zodat u bij storingen van de harde schijf waar de volledige ORIfin op draait altijd nog back-ups op een andere plaats te vinden zijn.
De opgegeven mappen mogen al bestaan, zie verderop: “Controle opgegeven mappen”.
Uit veiligheidsoverwegingen is het hier NIET toegestaan om bij twee verschillende vragen dezelfde mapnaam op te geven. Heeft u gegronde redenen om dit wel te doen, dan kunt u dit alsnog op die manier veranderen zodra ORIfin is geïnstalleerd.
In zijn totaliteit ziet de standaard mappenindeling er als volgt uit, uitgaande van één administratie:
- Hoofdmap: C:\Orifin
- Programma’s: C:\Orifin\Prog
- Basis-bestanden: C:\Orifin\Bas
- Updates: C:\Orifin\Upd
- Lijstdefinities: C:\Orifin\List
- Hoofdmap administratie: C:\Orifin\Admin001
- Financiële bestanden: C:\Orifin\Admin001\Fin
- Relatie bestanden: C:\Orifin\Admin001\Rel
- Systeem bestanden: C:\Orifin\Admin001\Sys
- Overige bestanden: C:\Orifin\Admin001\Misc
- Dagelijkse back-ups C:\Orifin\Admin001\Backup
- Uitvoer bestanden: C:\Orifin\Admin001\Out
- Archief back-ups: C:\OrifinArchiveBackups\Admin001
In dit overzicht is te zien dat als map “Archief back-ups” wordt voorgesteld op drive C:. Het installatieprogramma doet dit omdat het programma niet kan bepalen welke andere drive geschikt is voor deze functie. U kunt de “Archief back-ups” echter het beste op een andere drive opslaan, bijvoorbeeld een locale schijf van de programmabeheerder.
Zodra de mapnamen zijn opgegeven, kijkt het installatieprogramma of de hoogst noodzakelijke bestanden al in de juiste mappen staan. Nu zijn er weer diverse mogelijkheden:
- Alle noodzakelijke bestanden zijn aanwezig.
Er zullen GEEN initiële bestanden worden aangemaakt. Mocht dit wel nodig zijn, dan kunt u de desbetreffende actie altijd later nog uitvoeren.
- Alle noodzakelijke bestanden zijn NIET aanwezig.
Verderop tijdens de installatie zullen initiële bestanden worden aangemaakt.
- Een deel is wel en een deel is niet aanwezig.
Het programma stelt u in dit geval voor de keuze:
a) Doorgaan alsof de bestanden nog NIET aanwezig waren, dus dezelfde stappen gaan nemen als bij mogelijkheid 2.
b) Stoppen met de installatie. U moet nu eerst zelf enkele zaken handmatig regelen voordat u opnieuw de installatie/update kunt uitvoeren.
Het installatieprogramma zal een poging doen om het font Glowworm (dat standaard binnen ORIfin wordt gebruikt om de merknaam correct weer te geven) te installeren. Hiervoor is het onder andere noodzakelijk dat u zelf dit font even “opent”. U kunt dit eenvoudig doen door op de knop “Open” te drukken.
N.B.! Helaas is er geen waterdichte installatieprocedure voor alle versies van Windows om een font te installeren. Mocht na de installatie het startscherm opkomen met het lettertype “Arial” of “Tahoma” (beide lijkend op het lettertype dat in deze beschrijving wordt gebruikt), kijk dan of het lettertype Glowworm wel zichtbaar wordt nadat u uw PC opnieuw heeft opgestart. Is dat dan nog niet het geval, ga dan met de verkenner naar map “\Windows\Fonts” en klik dubbel op het font “Glowworm”.
Maak een snelkoppeling op het bureaublad
Na deze actie zal er op het bureaublad een icoon zichtbaar moeten zijn waar ORIfin mee opgestart kan worden.
Maak een entry in het Windows-startmenu
Na deze actie zal het mogelijk zijn om ORIfin op te starten via “Start”, “Alle programma’s”, “ORIfin financiële administratie”, “ORIfin”.
Deze actie wordt alleen uitgevoerd als bij bovenstaande “Controle opgegeven mappen” is geconstateerd dat er nog geen bestanden aanwezig waren. Alle ORIfin-bestanden worden nu initieel aangemaakt in de juiste mappen.
De rest: gelijk aan een update
In feite is er nu een minimale ORIfin geïnstalleerd, die niets meer kan dan een update uitvoeren. Deze update wordt nu automatisch gestart. Zie verder onder “Update”.
Installeren ORIfin op werkplekken 2, 3, enz.
U hoeft ORIfin op bovenstaande wijze slechts op één werkplek te installeren. Daarna kunt u met behulp van een ORIfin-registryfile de andere werkplekken zeer snel installeren. Zie daarvoor verderop in deze beschrijving onder “Opstarten ORIfin op een PC zonder ORIfin-registry-instellingen”.
Allereerst worden de registratiegegevens van de klant bijgewerkt, zie voorgaand blad.
Daarna worden alle programma’s en bestanden die meegekomen zijn met de update gekopieerd van de CD naar het ORIfin-gebied op uw harde schijf. Het feitelijke “updaten” gebeurt pas zodra u ORIfin heeft opgestart en dan kiest voor het uitvoeren van die update.
Als het installatieprogramma alle bestanden heeft gekopieerd, wordt een gele balk zichtbaar waar u op kunt drukken om de installatie of update te beëindigen.
Als u heeft aangekruist dat ORIfin direct opgestart moet worden, dan zal dat gebeuren zodra u op de gele balk drukt.
Zodra u ORIfin opstart, zal het opstartprogramma kijken of er bestanden klaar staan in de update-map. Is dat het geval, dan zal direct de vraag worden gesteld of de update uitgevoerd moet worden. Antwoordt u deze vraag bevestigend, dan zullen de programma’s en bestanden over worden gezet en uit worden gepakt naar de juiste ORIfin-mappen.
Als u deze keuze maakt direct na het starten van het installatie/update-programma, dan zullen alleen de klantnaam en licentiegegevens worden bijgewerkt. De licentiegegevens moeten telkens door een update worden bijgewerkt zodat u weer met ORIfin kunt blijven werken tot de volgende update. Ook is deze actie nodig als u door uw leverancier uw klantnaam in de kop van ORIfin heeft laten veranderen.
Als u deze keuze maakt zullen op deze PC(!) alle ORIfin-gegevens uit de registry worden verwijderd. Ook de eventuele standaard-snelkoppeling en de aanroep van het start-menu worden verwijderd.
➔ Uit veiligheidsoverwegingen blijft bij het ongedaan maken van een installatie de gehele mappenstructuur met alle bestanden bewaard. Als u de bestanden ook wilt verwijderen, zult u dat handmatig moeten doen.
ORIFIN-INSTELLINGEN IN DE WINDOWS-REGISTRY
Net zoals de meeste andere Windows-programma’s worden de diverse instellingen van ORIfin vastgehouden in de registry-file van Windows. De info is te vinden onder de hoofdkey HKEY_LOCAL_MACHINE of onder de hoofdkey HKEY_CURRENT_USER. In eerste instantie wordt de plaats van de registry-info bepaald door de installatie op de betreffende PC. (Zie voorin deze beschrijving bij “Installatie”.) Als ORIfin eenmaal is geïnstalleerd, kan de informatie overgebracht worden van de ene hoofdkey naar de andere hoofdkey via programma “Algemene set-up voor deze werkplek”.
De ORIfin-informatie onder de hoofdkey is te vinden in:
Software\BiesmaAutomation\Orifin
Hoewel het mogelijk is om rechtstreeks in de registry ORIfin-instellingen aan te passen, raden wij dit niet aan. De centrale instellingen worden bijvoorbeeld op die manier niet bijgewerkt, terwijl foutieve aanpassingen onvoorspelbare resultaten kunnen veroorzaken.
➔ Enkele handmatige wijzigingen kunnen er toe leiden dat de werking van ORIfin direct wordt afgebroken en niet meer kan worden opgestart. Dit wordt veroorzaakt door een controletelling die op enkele belangrijke gegevens wordt losgelaten.
Deel ORIfin-instellingen centraal opslaan
Een registry-file wordt in de regel op de PC zelf opgeslagen, waardoor de info niet beschikbaar is voor andere PC’s. Om echter alle specifieke instellingen (en de wijzigingen daarop) niet op elke PC opnieuw te hoeven doen, kan een flink deel van de instellingen in een centraal bestand worden opgeslagen. U moet dit aangeven in programma “Algemene set-up voor deze werkplek”. Denk er aan dat gewijzigde instellingen alleen centraal worden opgeslagen als u op de PC waar u de wijzigingen heeft aangebracht heeft opgegeven dat de instellingen inderdaad centraal moeten worden opgeslagen.
Welke instellingen kunnen centraal worden opgeslagen?
Als u er voor kiest om uit te gaan van de centrale instellingen, dan zullen alle zaken die ingesteld worden via de programma’s “Algemene set-up voor deze werkplek” en “Set-up administraties per werkplek” in vervolg uit het centrale bestand worden gehaald. Als u via deze programma’s wijzigingen aanbrengt, zal ORIfin u ook vragen of de centrale instellingen bijgewerkt moeten worden. Als u dit laatste niet doet, zal de wijziging verdwenen zijn de volgende keer dat u ORIfin opstart.
OPSTARTEN ORIfin EN DE STANDAARD-GEBRUIKER EN -ADMINISTRATIE
ORIfin kunt u opstarten door het programma “OR_Start.Exe” aan te roepen. Uiteraard moet ORIfin op de werkplek eerst zijn geïnstalleerd, anders kunnen de betreffende bestanden en programma’s niet worden gevonden.
Instellen standaard-gebruiker en -administratie
U kunt deze als volgt instellen:
- start ORIfin op de normale wijze op maar druk nog NIET op “Start”;
- maak een keuze bij de vragen “Administratie” en Gebruikers id.”;
- dubbel-klik op het grote ORIfin-logo en beantwoordt de vraag met “Ja”.
Standaard-gebruiker en -administratie bij opstarten ORIfin
De standaardwaarden worden gebruikt voor elk moment dat het programma (nog) niet weet welke gebruiker er op deze PC actief is. Dit is bijvoorbeeld het geval bij het opstarten van losse ORIfin-onderdelen zonder gebruikmaking van de ORIfin-menustructuur.
Rechtstreeks opstarten onderdelen ORIfin zonder gebruikmaking ORIfin-menu
Het kan om diverse redenen wel eens handig zijn om losse onderdelen (menu-keuzes) van ORIfin op te kunnen starten via een snelkoppeling in plaats van via het ORIfin-menu. Het ORIfin-start-programma wordt dan echter overgeslagen, waardoor het voor het betreffende onderdeel niet duidelijk is welke gebruiker met welke administratie wil gaan werken. Voor deze mogelijkheid is het dus noodzakelijk om een standaard-gebruiker en -administratie opgeslagen te hebben.
OPSTARTEN ORIfin OP EEN PC ZONDER ORIfin-REGISTRY-INSTELLINGEN
Het is mogelijk om ORIfin op te starten op de PC zonder dat ORIfin daar echt op is geïnstalleerd. Het enige dat u daarvoor nodig heeft is een netwerkkoppeling met een andere PC (werkplek of server) waar ORIfin WEL op is geïnstalleerd en een zogenaamd ORIfin-registryfile.
U kunt een ORIfin-registryfile aanmaken met programma “Set-up administraties per werkplek”. Klik op de knop “Schrijf instellingen” en beantwoordt de vraag met “Nee”. U moet daarna de bestandsnaam opgeven die er als volgt uit moet zien: “S_RegiT?.Ori”. Op de plaats van het vraagteken mag u elk teken plaatsen dat gebruikt mag worden in een bestandsnaam.
ORIfin opstarten met behulp van een ORIfin-registryfile
Start ORIfin op met het OR_Start-commando zoals gebruikelijk maar geef als enige parameter de naam van het ORIfin-registryfile mee. Het ORIfin-registryfile zal worden ingelezen in de Windows-registry waarna dat opstartbestand niet langer nodig is.
Voorbeeld van een opstartcommando, er van uitgaande dat ORIfin is geïnstalleerd op een netwerkdrive n: met standaard mappings:
N:\Orifin\Prog\Or_Start1 N:\Orifin\Bas\S_RegiT0.Ori
➔ Voorwaarde: ORIfin moet op kunnen starten met de variabelen die in de ORIfin-registryfile zijn opgenomen. Dat geldt met name voor de mappings. Als u bijvoorbeeld als archief-backup-map heeft opgegeven C:\Orifin\Archief, zorg er dan wel voor dat deze map is aangemaakt voordat u ORIfin op bovenstaande wijze opstart.
Er zijn een aantal zaken die in ORIfin ingesteld moeten of kunnen worden. De programma’s die hiervoor gebruikt worden:
- Algemene set-up ORIfin
Voor het vastleggen van alles wat niet per administratie geregeld wordt en wat niet specifiek voor het onderdeel “financieel” of het onderdeel “relaties” is.
- Set-up administraties per werkplek
Voor het vastleggen van alles wat per administratie geregeld moet worden.
- Instellingen financiële administratie
Voor het vastleggen van specifieke zaken op het gebied van de financiële administratie.
- Instellingen relatie-administratie
Voor het vastleggen van specifieke zaken op het gebied van de relatie-administratie.
Wat er precies wordt vastgelegd in bovengenoemde programma’s wordt hierna beschreven.
- hoofdmap, programma’s, basisbestanden, updates, lijstdefinities
- extra beveiliging op administraties ja / nee
Elke gebruiker krijgt bij het opstarten een tabelletje te zien met alle administraties. Hier kunt u aangeven of alle gebruikers al die administraties wel op mogen starten. In programma “Beveiliging (onderhoud gebruikerstabel)” kunt u per gebruiker(-groep) aangeven welke administraties er opgestart mogen worden.
- zoveel mogelijk instellingen centraal opslaan ja / nee
Bij centrale opslag worden zoveel mogelijk instellingen centraal bewaard, waardoor wijzigingen in instellingen ook invloed hebben op de andere PC’s in het netwerk. Denk er wel aan dat veel instellingen per gebruiker worden opgeslagen, dus dat dat deel van de centrale opslaggegevens alleen effect heeft als diezelfde gebruiker op een andere PC opstart.
- waar zijn de ORIfin-beschrijvingen te vinden (in zowel PDF- als HTML-formaat)
Vanaf het ORIfin-menu kunnen de diverse beschrijvingen worden geraadpleegd. U kunt hier opgeven waar die handleidingen vandaan gehaald moeten worden.
- in welk lettertype moet het logo worden weergegeven?
Het gedeponeerde handelsmerk ORIfin-logo maakt gebruik van het lettertype Glowworm. Als u redenen heeft om daarvan af te wijken, dan kunt u hier een ander lettertype kiezen. Het lettertype Glowworm dat mee wordt gezonden met elke update is geschikt voor alle versies van Windows. (Er is een periode geweest dat het meegezonden lettertype niet geïnstalleerd kon worden in Windows Vista.)
Gebruikersinstellingen (per gebruiker opgeven die op deze PC werkt)
- diverse scheidingstekens voor invoer- en uitvoerbestanden
- moet telkens printer worden gekozen of altijd ORIfin-standaardprinter
- keuze ORIfin-standaardprinter
- standaard lettertype
- standaard regelafstand en marges
- gegevens over uitvoer naar scherm (w.o. eventueel afwijkende printer bij uitvoer naar scherm)
- instellen basistaal programmatuur en gegevens [zie beschrijving 1.1: “ORIfin in grote lijnen”]
- instellingen voor het zenden van e-mail vanuit ORIfin naar de leverancier van ORIfin.
Het opgeven van deze instellingen is te vergelijken met de instellingen die u doet bij mail-programma’s zoals Outlook. Het onderdeel binnen ORIfin dat deze gegevens gebruikt om mail te verzenden (“O_MaSmal”, op te starten vanuit de rechter muisknop in elk programma) is een onderdeel dat u op de reguliere wijze kunt beveiligen.
- op welke wijze moeten berichten worden weergegeven
Tijdens de ontwikkeling van ORIfin wordt al een keuze gemaakt op welke wijze vragen en opmerkingen op het scherm verschijnen. M.b.t. opmerkingen en vragen met eenvoudige antwoorden als “Ja”, “Nee”, “OK” kunt u zelf bepalen of u deze op de oude XP-manier weer wilt geven of op de nieuwe Vista-manier. Verder kunt u ook aangeven of u die antwoorden horizontaal (via knoppen naast elkaar) of verticaal (via regels met pijlen onder elkaar) wilt hebben.
- schermpositie / schermgroote onthouden
ORIfin kan de plaats op het scherm en de grootte van het scherm van elk ORIfin-onderdeel onthouden. Wat de plaats op het scherm betreft kunt u ook aangeven dat u elk onderdeel linksboven in het beeldscherm wilt zien.
N.B. Soms kan het lastig zijn dat ORIfin de plaats en de grootte onthoudt, bijvoorbeeld bij wisseling van beeldscherm of als u gebruik maakt van een beeldscherm waarbij het scherm zowel horizontaal als verticaal kan staan. Denk hierbij aan de menuoptie om alle standaards weg te halen en aan de mogelijkheid met de rechter muisknop in elk programma om de grootte te initialiseren. (Hierbij wordt de grootte van het programmascherm gezet op 80% van de grootte van uw beeldscherm.)
- extra indicatie actieve vraag aan of uit [zie ook beschrijving 1.1: “ORIfin in grote lijnen”]
Als er veel vragen op het scherm verschijnen is het vaak lastig om te zien waar de cursor zich op dat moment bevindt. Als u aangeeft dat u wilt werken met de extra indicatie voor de actieve vraag, dan zal telkens de actieve vraag + antwoord worden omlijnd met de kleur die u hier aangeeft.
N.B. Gebruik van deze optie vertraagt de weergave op het scherm, met name als u uw ORIfin-scherm vergroot of verkleind. De ervaring leert echter dat dit nadeel niet opweegt tegen de voordelen van het gebruik.
- signaal bij aanwezigheid acties rechter muisknop aan of uit [zie ook beschrijving 1.1: “ORIfin in grote lijnen”]
Scherm: kleuren [zie voor verdere beschrijving: 1.1: “ORIfin in grote lijnen”]
- tekstkleuren
Of iets in de juiste kleur wordt weergegeven is voor een groot deel vast te stellen via leesbaarheid-onderzoeken. Maar die leesbaarheid blijkt ook een kwestie van smaak te zijn. Bovendien blijkt het vaak afhankelijk van het beeldscherm en/of de beeldschermkaart te zijn of een kleur wel scherp wordt weergegeven. Tenslotte kan het door gebruik van programma’s als Windows Terminal Server zo zijn dat kleuren onderweg worden aangepast. Het is daarom in ORIfin mogelijk om zelf (binnen redelijke grenzen) de kleuren te kiezen van vragen en antwoorden.
Vraagkleur: als u zelf geen standaard op wil geven neemt ORIfin aan de kleur “Maroon” (bruinachtig). Als u aangeeft WEL zelf een kleur op te willen geven, is de standaardkleur in eerste instantie “Navy” (donkerblauw).
Antwoordkleur: als u zelf geen standaard op wil geven neemt ORIfin aan de kleur zwart. Als u aangeeft WEL zelf een kleur op te willen geven, is de standaardkleur in eerste instantie ook zwart.
- al dan niet gebruik maken van veilige kleuren
- hoe moeten buttons (knoppen) op het scherm worden weergegeven
- menustijl
- statusbar-stijl
- kalenderstijl
- hoe moeten tabellen op het scherm worden weergegeven
- via welke Ctrl-toetsen moeten de speciale functies worden aangeroepen
Omzetten registry-instellingen
- kopieert ORIfin-registry-instellingen van HKEY_LOCAL_MACHINE naar HKEY_CURRENT_USER en andersom
N.B. Het programma kopieert de instellingen maar haalt de originele gegevens NIET weg omdat ORIfin niet kan controleren of het kopiëren juist is gebeurd. U moet dus zelf nog die originele gegevens weghalen. Voorkom dat u ORIfin-registry-instellingen heeft staan in zowel HKEY_LOCAL_MACHINE als HKEY_CURRENT_USER !
Set-up administraties per werkplek
Mappen
- hoofdmap, financiële bestanden, relatiebestanden, systeembestanden, dagelijkse back-ups archief back-ups, overige bestanden, uitvoerbestanden.
Kleur menu
- tekst- en achtergrondkleur ORIfin-logo
Elke administratie kunt u eigen kleuren geven voor wat betreft het ORIfin-logo. Afwijkende kleuren attenderen een gebruiker eerder op het opstarten van de “verkeerde” administratie dan de benaming van de administratie bovenin het scherm.
Talen
- basistaal deze administratie en eventueel afwijkende taal deze gebruiker
Zie hiervoor de beschrijving in “ORIfin in grote lijnen”.
Check ORIfin-instellingen
- controleer de inhoud van een ORIfin-registryfile
Lees instellingen
- lees een ORIfin-registryfile in
Hier heeft u de mogelijkheid om via het inlezen van een ORIfin-registryfile alle instellingen te veranderen.
N.B. In combinatie met het centraal opslaan van zoveel mogelijk instellingen geeft deze optie u de kans om vrijwel alle instellingen zeer snel aan te passen. Denk er echter aan dat het inlezen van de verkeerde instellingen op deze manier er voor kan zorgen dat u de originele instellingen snel kwijt bent. Ga hier dus voorzichtig mee om!
Schrijf instellingen
- maak een ORIfin-registryfile aan
Hier kan een ORIfin-registryfile worden aangemaakt, o.a. om een nieuwe werkplek in uw netwerk zeer snel te kunnen installeren voor wat betreft ORIfin. Het aangemaakte bestand kan namelijk als parameter worden opgegeven bij het opstarten van ORIfin op een PC waar ORIfin nog niet is geïnstalleerd.
Instellingen financiële administratie
Aantal periodes per boekjaar transacties / budgetten
- opgeven van hoogst mogelijke periode transacties en budgetten per boekjaar (standaard: hoogst mogelijke periode transacties is 15; hoogst mogelijke periode budgetten is 12)
Te oude periodes afschermen
- om te voorkomen dat er geboekt wordt in oude periodes kan de ORIfin-beheerder aangeven wat de oudste periode is waarin geboekt mag worden
Te nieuwe periodes afschermen
- om te voorkomen dat er geboekt wordt in nieuwe, nog komende periodes kan de ORIfin-beheerder aangeven wat de jongste periode is waarin geboekt mag worden
Hoogst gebruikte boekingsperiodes
- worden alleen weergegeven en kunnen niet worden aangepast
De basis-valuta
- zal normaal gesproken zijn: “70 - Euro”
Wordt er gewerkt met vreemde valuta ja / nee
N.B. De waarden achter “Valuta” mogen na ingebruikname van de betreffende administratie niet meer worden gewijzigd! Maak hier dus direct de juiste keuze voordat er ook maar één boeking wordt ingebracht.
Gegevens m.b.t. het afboeken van verlies- en winstrekeningen tijdens de jaarafsluiting
Volgordes van boekingen binnen een dagboek en grootboek
- oudste of jongste posten voorop
Volgorde van facturen per relatie
- oudste of jongste posten voorop
Investeringen / afschrijvingen
Wordt er gewerkt met investeringen / afschrijvingen voor deze administratie
Deze optie is alleen zinvol als u een licentie heeft voor het gebruik van dit onderdeel. U kunt dan per administratie aangeven of u ook echt gebruik wilt maken van dat onderdeel.
Extra beveiliging op dagboeken binnen deze administratie
Als binnen deze administratie niet alle gebruikers alle rechten hebben voor alle dagboeken, moet u hier aangeven dat er een extra beveiliging moet komen. Via het programma “Beveiliging (onderhoud gebruikerstabel)” kunt u dan specificeren welke rechten de diverse gebruiker(-groepen) hebben.
Extra beveiliging op kostenplaatsen binnen deze administratie
Als binnen deze administratie niet alle gebruikers alle rechten hebben voor alle kostenplaatsen, moet u hier aangeven dat er een extra beveiliging moet komen. Via het programma “Beveiliging (onderhoud gebruikerstabel)” kunt u dan specificeren welke rechten de diverse gebruiker(-groepen) hebben.
Wanneer moeten automatische back-ups worden gemaakt
- tevens opgave of op die momenten ook een back-up gemaakt moet worden van de relatie-administratie
N.B. Vlak voor elke kritische bewerking zal ORIfin altijd automatisch een back-up maken. Die optie is NIET uit te schakelen.
Instellingen relatie-administratie
Welke rubrieken moeten worden weergegeven in de zoektabel relaties
De zoektabel relaties zal vaak worden gebruikt om relaties op te zoeken. De tabel wordt telkens opnieuw opgebouwd, waarbij de hier opgegeven instellingen als basis worden genomen. Het maximum aantal rubrieken dat u op kunt geven is 30. Het maximum aantal posities dat mee wordt genomen per relatie is echter 200. Zet dus de belangrijkste rubrieken vooraan en hou er rekening mee dat in sommige gevallen informatie “aan de achterkant” weg kan vallen.
Als de alfacode wordt afgedrukt, moet alfacode-1 of -2 worden afgedrukt?
Wanneer moet de alfabetische zoektabel relaties opnieuw worden opgebouwd
- automatisch bij einde mutatieprogramma’s of alleen op verzoek